maandag 22 augustus 2011

De stad doet pijn


Een paar gedachten van een teruggekeerde vakantieganger, over stad en land. 

Londen
De rellen in Engeland maakten in één keer een einde aan het imago van Londen als vrije, tolerante en kosmopolitische wereldstad waar (extreem)rijk en arm in vrede samen wonen. De stad leek onkwetsbaar, -al helemaal sinds de toekenning van de Olympische Spelen- maar nu overheerst de onzekerheid: hoe kon dit gebeuren? Wat leeft er onder de oppervlakte? De duidingen buitelen over elkaar heen. Premier Cameron en Theodore Dalrymple zoeken vooral culturele verklaringen: de jeugd wordt niet meer opgevoed, afwezige vaders, teveel ‘reward without achievement’. Harder aanpakken! Volgens anderen ligt het aan de repressieve overheid: de overvloed aan camera’s en samenscholingsverboden in Engeland (waar kun je nog heen als jongere), het wegbezuinigen van voorzieningen, en de klassenmaatschappij die Engeland nog steeds is. De tweedeling begint inderdaad al heel vroeg: welgestelden sturen hun kinderen naar ‘private schools’ waar het onderwijs vele malen beter is dan op de public schools.  Richard Florida ziet de onrust als voorbode wat we in meer succesvolle wereldsteden kunnen verwachten. Want globalisering leidt tot grote ongelijkheid. Dit soort steden trekken de ‘grenzeloze’ superrijken aan, die op zoek zijn naar extreme luxe; anderzijds komen massa’s ongeschoolde immigranten er naartoe, op zoek naar een betere toekomst. Waar de jetset nauwelijks last lijkt te hebben van de crisis, zijn het de lagergeschoolden die de dupe zijn. Een recept voor onrust. Florida verwijt de beleidsmakers dat ze hun oren teveel hebben laten hangen naar multinationals en miljonairs in plaats van de onderklasse.

Spanje
Urbanisatie speelt ook een rol in de onrust in Spanje. De vastgoedluchtbel is geknapt, de economie staat stil, en er is een massale jeugdwerkloosheid (43%). De laatste decennia was er een enorme trek naar de grote steden. Dorpen op het platteland liepen leeg, en enorme nieuwe buitenwijken werden uit de grond gestampt aan de randen van grote steden als Madrid, Valencia en Pamplona. Veel van de mensen die daar zijn gaan wonen komen nu in de problemen. De stad was een belofte:  werk, een huis, een toekomst. Maar nu niet meer. De protestbeweging M15 verenigt een bont pluimage aan mensen die een andere maatschappelijke orde willen. In veel grote steden waren pleinprotesten –heel wat vreedzamer dan de Engelse plunderaars- tegen ‘het systeem’. Anti-urbanisme is onderdeel van het ressentiment, zo blijkt uit een reportage van het blad ‘Volzin’. Verstedelijking leidt tot vervreemding: hogesnelheidstreinen razen over het platteland maar stoppen alleen in de steden.  Voedsel komt steeds minder uit eigen regio, en steeds vaker uit een ver buitenland. Leden van de beweging noemen zich ‘indignados’, en versmelting van eerverlies, afkeer, en woede.

Het nieuwe platteland
Urbanisatie doet pijn, in Engeland, en in Spanje, zij het op verschillende manieren. Maar het is niet te stoppen. Of toch wel?
De Franse schrijver Michel Houellebecq schetst in zijn geweldige laatste boek ‘De kaart en het gebied’ een visioen van het nieuwe platteland.  Uitgestorven dorpen komen weer tot leven. De chagrijnige laatste autochtonen zijn gelukkig uitgestorven. Chinezen, Russen, Nigerianen en jonge Fransen kopen oude boerderijtjes en bistro’s op, en herstellen ze in oude staat. Hippe restaurants serveren aloude streekgerechten. Er wordt gewerkt, altijd online, vanuit huis of cafe. Er wordt niet meer gezeurd maar gelachen. Mooi toch?